BSR incasso & gerechtsdeurwaarders is failliet verklaard

Het gerenommeerde Incasso- en Gerechtsdeurwaarderskantoor BSR, met vestigingen in Den Haag en Rotterdam, is failliet. De rechtbank Den Haag heeft begin deze week het faillissement uitgesproken.
Als curator is mr. Henri Bentfort van Valkenburg van het Haagse kantoor DVDW Advocaten aangesteld. Hij was gisteren druk doende met het faillissement van het ruim dertig jaar oude deurwaarderskantoor en de hoogte van de schulden. Onder andere wordt nu bekeken wat er gedaan moet worden met de ’lopende dossiers’. De bestuurders blijken het faillissement zelf te hebben aangevraagd.
BSR, wat staat voor Blume, Stolker en Roel, behoorde kort geleden nog tot de top tien van Nederlandse deurwaarderskantoren, maar balanceerde de afgelopen maanden al op het randje van de afgrond.
Begin deze maand bleek dat de salarissen van de 75 medewerkers niet langer betaald konden worden, nadat eerder al twee gerechtsdeurwaarders met onmiddellijke ingang waren geschorst vanwege gerommel met de klantenrekening.
Op die rekening, waar het geld van schuldenaars binnenkomt, had drie miljoen euro moeten staan, maar de bodem bleek bereikt. De problemen zouden zijn ontstaan door een verouderd softwaresysteem, maar daarnaast zouden er ook contracten met opdrachtgevers voor veel te lage prijzen zijn afgesloten.
De financiële problemen zouden al heel lang spelen, maar het kantoor kwam in een duikvlucht na het schorsen in november van de twee gerechtsdeurwaarders.
De bestuurders probeerden de afgelopen weken uit alle macht het bewaringstekort te zuiveren, bijvoorbeeld door het hoofdkantoor in de Haagse Riouwstraat te verkopen, maar het bleek al te laat. Ook de zoektocht naar een geschikte overnamekandidaat liep spaak, waarna het afwachten was tot de schuldeisers naar de rechtbank stapten om faillissement aan te vragen. In Rotterdam huurde BSR één van de directievilla’s van het gevangeniscomplex aan de Noordsingel.
BSR inde in het verleden achterstallige betalingen voor onder andere postorderbedrijven als Wehkamp en voor zorgverzekeringen. Belangrijke opdrachtgever van BSR, Intrum Justitia, benadrukte gisteren dat dit faillissement geen effect heeft op debiteuren.
„Dat is bij wet geregeld. Als iemand kan aantonen dat er bevrijdend betaald is, dan heeft dit faillissement op hem of haar geen impact”, aldus Rick Terra, algemeen directeur van Intrum Justitia. „Voor ons geldt dat het afwachten is wat de situatie is.”

Het failliete incassobureau BSR heeft jarenlang duizenden schuldenaren opgelicht. Het grote gerechtsdeurwaarderskantoor, met vestigingen in Den Haag en Rotterdam, heeft voor tonnen te veel in rekening gebracht.

Dat blijkt uit onderzoek van het Bureau Financieel Toezicht (BFT). Mensen met schulden moesten extra kosten betalen, bijvoorbeeld voor beslagleggingen. Het deurwaardersbedrijf incasseerde onder meer achterstallige premies voor zorgverzekeraars en openstaande rekeningen voor thuiswinkelbedrijven.

De tonnen zijn volgens het BFT gebruikt om BSR, tevergeefs, overeind te houden. Het bedrijf kampte met een miljoenentekort op de ‘kwaliteitsrekening’ Op die rekening staat het geld dat deurwaarders namens anderen vorderen, en dat altijd beschikbaar moet zijn. BSR werd eind december failliet verklaard. Bij het bedrijf waren meer dan 75 medewerkers in dienst.

De tuchtrechter in Amsterdam behandelde gisteren de klacht van het BFT tegen BSR. Aan bod kwam onder meer dat de sinds november aangestelde waarnemer voor 300.000 ten onrechte in rekening gebrachte kosten heeft teruggeboekt. De tuchtrechter moet beslissen wat in dit geval een passende maatregel is tegen de deurwaarders. Twee deurwaarders zijn al geschorst.

‘Geschokt’

Directeur Marijke Kaptein van het BFT zegt geschokt te zijn door de gang van zaken bij BSR. Het bedrijf raakte jaren geleden in de problemen door een groot contract met incassobureau Intrum Justitia. Dat leverde te weinig op in verhouding tot de kosten die werden gemaakt. Op verzoek van het BFT stelde BSR een herstelplan op. “Dat leek voldoende, tot wij ontdekten dat in de bij ons ingediende cijfers verkeerde getallen stonden”, zegt Kaptein. Nader onderzoek wees uit dat er 1,6 miljoen euro ontbrak op de kwaliteitsrekening.

Nadat het tekort aan het licht was gekomen, vroeg het BFT de tuchtrechter om twee BSR-deurwaarders te schorsen. “In de drie weken tussen onze constatering en de zitting van de tuchtrechter werd nog eens 450.000 euro van de kwaliteitsrekening gehaald,” zegt Kaptein.

Onterechte kosten

Bij BSR werd een waarnemend directeur aangesteld. Die bracht aan het licht dat BSR-deurwaarders, naast de tekorten op de kwaliteitsekening, ook voor ten minste 300.000 euro aan onterechte kosten in rekening brachten bij schuldenaren. Kaptein: “Het ging om bedragen van 10 tot 500 euro. Maar ieder tientje dat een deurwaarder als onterechte vordering bij een persoon met geldproblemen door de strot duwt is er een te veel. Dit gaat echt over de integriteit van de deurwaarder.”

Volgens de BFT-directeur is de zaak bij BSR “ongekend”. “De verschillende losse feiten zie je afzonderlijk af en toe wel langskomen. Maar de combinatie zoals bij BSR, en ook het structureel aanleveren van verkeerde gegevens, dat is echt schokkend.”

De tuchtrechter doet 7 maart uitspraak over de aan BSR-deurwaarders op te leggen maatregel.

Bron: NOS 18 januari 2017